VISIE STADSREGIO LEUVEN
PIONIER LEUVEN 1995-2020
Anno 1995 pionierde Leuven door de opstart van het eerste geïntegreerde stadsvernieuwingsproject in Vlaanderen: de ontwikkeling van de stationsomgeving. In 2020 kan Leuven opnieuw een pioniersrol vervullen, dit keer door in samenwerking met de buurgemeenten de eerste volwaardige stadsregionale ontwikkeling op de sporen te zetten.
Leuven vormt als regionale stad een “quadripool” met de kleine steden Aarschot, Diest en Tienen. Deze vier steden kunnen een complementaire rol opnemen inzake groei van de bevolking, economie en voorzieningen. Daarnaast vormt Leuven samen met zijn buurgemeenten in de praktijk één stedelijk systeem: de stadsregio.
TRANSFORMATIE VAN HET OV-NETWERK
Het bestaande OV-net zit op zijn limiet: verdere capaciteitsuitbreiding is niet meer haalbaar. De stervorm overbelast het trein- en busstation. Het dynamische zuidwesten wordt ondermaats bediend. Reizigers moeten vaak een grote omweg maken. In een multipolair OV-netwerk verknopen de regionale en stedelijke lijnen op verschillende knooppunten. Een substantiële capaciteitsverhoging is mogelijk door een betere spreiding van de belasting en een kortere reistijd. De globale bereikbaarheid van de regio gaat er sterk op vooruit. Succesfactor is een stipte overstap dankzij een gegarandeerde doorstroming.
STADSREGIONALE SAMENWERKING
Leuven en zijn buurgemeenten staan voor dezelfde uitdagingen: bevolkingsgroei, betaalbaar wonen, economische groei, duurzame mobiliteit, uitbreiding van voorzieningen, open ruimte, klimaat en energie, gemeentefinanciën, … Deze acht lokale besturen kunnen samenwerken om deze uitdagingen het hoofd te bieden. Deze samenwerking volgt de realiteit: nu al zijn vele inwoners van de buurgemeenten in sterke mate op Leuven gericht.
STADSREGIONALE WOONKERNEN
Een groot aantal woonkernen binnen de stadsregio beschikt over de nodige troeven (voorzieningen, bereikbaarheid, ruimtelijke context, …) om samen de stadsregionale bevolkingsgroei duurzaam op te vangen. De bevolkingsgroei kan zo gelijke tred houden met de tewerkstellingsgroei. Dat faciliteert de omslag naar een duurzame mobiliteit.
WAARDEVOL LANDSCHAP
Door inbreiding en verdichting van de woonkernen blijft de open ruimte gevrijwaard. De verdere versterking tot één samenhangend openruimtesysteem verbetert de leefkwaliteit en de ecologische kwaliteit binnen de stadsregio.
LEUVEN FIETSSTAD
De fiets wordt méér dan ooit het belangrijkste verplaatsingsmiddel in de Leuvense stadsregio. Een hoogwaardig fietsroutenetwerk van fietssnelwegen, doorfietsroutes en lokale fietsroutes garandeert een vlotte en veilige verbinding tussen de woonkernen en de attractiepolen. Dit laat toe om het fietsgebruik te verdubbelen tegen 2030.
DE RING ALS MULTIMODALE DRAAISCHIJF
De omvorming van de Leuvense ring tot multimodale draaischijf is een kritische succesfactor voor een duurzame stadsregionale mobiliteit. Het Ringtracé+ garandeert een vlotte overstap tussen regionale en stadslijnen, bedient Gasthuisberg en Arenberg en laat toe om de meeste regionale buslijnen uit de binnenstad te halen.
Daartoe is een herschikking van de infrastructuur nodig. Op de “poorten” van de ring worden telkens HOV-knooppunten voorzien voor een vlotte overstap tussen de (tram)buslijnen. Langs de hele ring worden de landschappelijke kwaliteit en oversteekbaarheid verder verbeterd.
HOOGWAARDIG OV-NETWERK
Op elke spoorlijn naar Leuven zorgt een voorstadshalte voor een extra IC-bediening van de stadsregio. Dit helpt de ambieerde groei van de treinreizigers op te vangen en het station van Leuven te ontlasten. Aan het Research Park Haasrode en in Rotselaar worden twee nieuwe voorstadshaltes voorzien.
De regionale HOV- en spoorlijnen verknopen op diverse knooppunten met het stedelijk OV-netwerk. Een vlotte doorstroming garandeert een stipte overstap. Alle woonkernen en attractoren zijn vlot bereikbaar.
COMBI-MOBILITEIT
Een groot aantal overstapparkings bieden de mogelijkheid om de auto aan de rand van de agglomeratie te parkeren en vlot bestemmingen te bereiken met het OV of per fiets. Zo kan de stad toch autoluw worden, ondanks de steeds toenemende verkeersattractie.
VERDICHTING ROND KNOOPPUNTEN
De stadsregio beschikt rondom de HOV-haltes en knooppunten over een groot verdichtings- en ontwikkelingspotentieel. Deze locaties komen prioritair in aanmerking om de demografische en economische groei van de stadsregio op te vangen, als ook de verdere uitbouw van voorzieningen.
OPTIMALISATIE VAN DE MULTIMODALE INFRASTRUCTUUR
De verknoping van de regionale mobiliteitsnetwerken, stelt de Leuvense stadsregio voor een aantal strategische infrastructurele opgaven. Deze omvatten telkens een samenhangende aanpak: infrastructuuroptimalisaties, multimodale verknoping, landschappelijke inpassing en knooppuntontwikkelingen. Een gecoördineerde, stadsregionale aanpak van de infrastructuuropgaven is essentieel.
INTERREGIONAAL MOBIPUNT STATION LEUVEN
Sinds de start van het stationsproject in 1995 wordt het station van Leuven continu verbeterd, met de fietsspiraal als recentste realisatie. Er is nu dringend nood aan bijkomende fietsenstallingen. Het busstation moet ook worden aangepast aan de nieuwe trambussen. Met bijkomende diensten (zoals flexibele werk- en vergaderplekken) kan het station uitgroeien tot een state-of-the-art interregionaal mobipunt.
BUSTRACÉ GASTHUISBERG
Een vrije busbaan en twee nieuwe bushaltes garanderen een hoogwaardige bediening van de campus Gasthuisberg met regionale HOV lijnen, het ringtracé en diverse stadslijnen.
KNOOPPUNT IMEC-ARENBERG
Het nieuwe Ringtracé+ zal ook Arenberg rechtstreeks bedienen met een knooppunt ter hoogte van Imec. Een autonome shuttle bedient het wetenschapspark Arenberg en verbindt een randparking met het centrum. Deelfietsen maken de hele autoluwe campus bereikbaar vanaf het knooppunt Imec en de randparking.
UITBOUW FIETSNETWERK
De aangroei van stadsregionale en regionale fietsverplaatsingen wordt gefaciliteerd door de uitbouw van een netwerk van snelle en comfortabele fietssnelwegen en doorfietsroutes. Die komen ook de lokale verplaatsingen binnen Leuven ten goede.
HOV DIESTSESTEENWEG
Over de volledige, congestiegevoelige Diestsesteenweg in Kessel-Lo worden een HOV-bedding en bredere fietspaden voorzien. De vier HOV-haltes geven de centrumontwikkeling in Kessel-Ko een extra impuls. De HOV-bedding is een “wisselstrook”, waarover de trambussen beurtelings passeren. De nieuwe HOV-lijn biedt een alternatief voor het wegverkeer door Kessel-Lo.
HOV BRUSSELSESTEENWEG EN TERVUURSESTEENWEG
De buscorridor over de N2 Brusselsesteenweg heeft nu reeds een hoge gebruiksintensiteit maar kampt met zware doorstromingsproblemen. Ter hoogte van Herent wordt bij de heraanleg van de steenweg een vrije HOV-bedding voorzien, samen met comfortabele fietspaden. De verbinding Leuven-Tervuren-Brussel heeft een groot vervoerpotentieel, maar kan die nog niet waarmaken door de moeizame doorstroming. De reorganisatie van de Tervuursesteenweg tussen de E40 en Gasthuisberg verbetert infrastructuur voor fietsers en bussen, en zorgt tegelijk voor een hogere verkeersleefbaarheid in Bertem.
SPOORHALTE HAASRODE
Een nieuwe spoorhalte Haasrode op lijn 36 zorgt voor een bijkomende OV-bediening van het Researchpark en het hele zuidoosten van de stadsregio, complementair aan de buscorridor naar Leuven.
SPOORHALTE ROTSELAAR
Door de bestaande spoorhalte van Wezemaal naar Rotselaar te verplaatsen, stijgt het reizigerspotentieel van deze halte aanzienlijk: bediening van de omliggende kernen en tewerkstelling, aansluiting op verschillende buslijnen en fietsroutes, mogelijkheid tot de aanleg van een grote pendelparking, verdichtingspotentieel rondom de halte, … Door de reorganisatie van de verkeersinfrastructuur zal het wegverkeer in de toekomst vlotter verlopen (afschaffing spoorwegovergangen).